Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Inleiding
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - InleidingDe paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing geeft aan hoe goed de begroting bestand is tegen financiële tegenvallers. Daarvoor is inzicht nodig in de omvang van de risico’s en de aanwezige weerstandscapaciteit. Het gaat hier om risico’s om niet begrote kosten te dekken of om niet voorziene daling van inkomsten te compenseren. Alle risico’s waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie. Dit wordt bepaald in artikel 11 van de Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en gemeenten (BBV).
Algemeen
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - AlgemeenDe raad van Zeewolde heeft in maart 2021 de nota Weerstandsvermogen en risicobeheersing 2021-2024 vastgesteld. Daarin staan de kaders waarmee in de paragraaf wordt gewerkt. Naast de toepassing van deze kaders worden de risico’s jaarlijks tweemaal geactualiseerd in afstemming met het management, bestuur en raad. Ook heeft de gemeenteraad in deze nota bepaald dat de weerstandsvermogen ratio minimaal 2,0 moet zijn.
Ratio's financiële kengetallen
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Ratio's financiële kengetallenMet het vaststellen van de wijzigingen in het BBV op 5 maart 2016 is het opnemen van een aantal kengetallen verplicht. De berekenwijze van de kengetallen is vastgelegd in een Ministeriële regeling. Mede op basis van deze kengetallen dient de paragraaf een analyse te geven van de financiële positie van de gemeente.
Conclusie begroting 2026
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Conclusie begroting 2026Weerstandsvermogen ratio : Benodigde versus beschikbare weerstandscapaciteit
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Weerstandsvermogen ratio : Benodigde versus beschikbare weerstandscapaciteitAlgemeen wordt een ratio van 1,0 getypeerd als voldoende. Dan zijn er immers precies zoveel risico’s als buffers. Zeewolde heeft de ratio op 2,0 bepaald (typering “uitstekend”). De buffers van Zeewolde zijn omvangrijk. Het ratio weerstandsvermogen komt uit op 22,0 (€ 61.464.400,-/€ 2.792.500,-). Dit is ruim boven de grens binnen Zeewolde. Hiermee zijn er voldoende (incidentele) middelen om risico’s op te kunnen vangen. Ter vergelijking volgt hieronder het historisch ratio weerstandsvermogen:
| Document | Begroting 2026 | Jaarrekening 2024 | Begroting 2025 | Jaarrekening 2023 | 
| Weerstandsvermogen ratio | 22,0 | 12,4 | 13,5 | 16,5 | 
Financiële ratio's
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Financiële ratio'sDe indicatoren en normen zijn een grofmazig instrument om een uitspraak te kunnen doen over de financiële positie van een gemeente. Als een indicator matig scoort of meerdere jaren op rij verslechtert, kan dit aanleiding zijn om bij te sturen. De bovenstaande indicatoren verhouden zich echter goed tot de normen. Daarnaast voldoet Zeewolde ook aan de wettelijke renterisiconorm en kasgeldlimiet voor de financiering.
Kengetallen  | 
									Signaleringswaarden Gemeenten  | 
									!  | 
							||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
!  | 
						||||||||||
!  | 
								Minst risicovol  | 
								Neutraal  | 
								Meest risicovol  | 
								Jaarstukken 2023  | 
								Jaarstukken 2024  | 
								Begroting 2025  | 
								Begroting 2026  | 
								Begroting 2027  | 
								Begroting 2028  | 
								Begroting 2029  | 
						
Netto schuldquote  | 
								< 90%  | 
								90 - 130%  | 
								> 130%  | 
								-34%  | 
								-31%  | 
								-35%  | 
								-39%  | 
								-23%  | 
								-50%  | 
								-60%  | 
						
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte geldleningen  | 
								< 90%  | 
								90 - 130%  | 
								> 130%  | 
								-42%  | 
								-38%  | 
								-43%  | 
								-44%  | 
								-29%  | 
								-56%  | 
								-66%  | 
						
Solvabiliteitsratio  | 
								> 50%  | 
								20 - 50%  | 
								< 20%  | 
								79%  | 
								81%  | 
								77%  | 
								84%  | 
								83%  | 
								83%  | 
								83%  | 
						
Structurele exploitatieruimte  | 
								> 0%  | 
								0%  | 
								< 0%  | 
								0%  | 
								0%  | 
								0%  | 
								0%  | 
								0%  | 
								0%  | 
								0%  | 
						
Grondexploitatie  | 
								< 20%  | 
								20 - 35%  | 
								> 35%  | 
								45%  | 
								41%  | 
								35%  | 
								9%  | 
								12%  | 
								-16%  | 
								-24%  | 
						
Belastingcapaciteit  | 
								< 95%  | 
								95 - 105%  | 
								> 105%  | 
								123%  | 
								110%  | 
								115%  | 
								PM  | 
								PM  | 
								PM  | 
								PM  | 
						
!  | 
						||||||||||
Het percentage genoend in de kolom Begroting 2025, onderdeel belastingcapaciteit, is afkomstig uit het Coelorapport 2025.  | 
						||||||||||
Uitwerking financiële ratio's
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Uitwerking financiële ratio'sDe netto-schuldquote vergelijkt de leningen van de gemeente (met aftrek van de geldelijke bezittingen) met de totale baten van de jaarrekening. Hiermee geeft deze indicator inzicht in de mate waarin de jaarrekening “vastligt” door rente en aflossing. De tabel hierboven presenteert hiernaast ook de schuldquote gecorrigeerd voor (eventuele) leningen die de gemeente heeft uitstaan (deze middelen vloeien immers op termijn terug).
| Categorie | |
| Netto schuldquote | Minst risicovol | 
| Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen | Minst risicovol | 
De solvabiliteit geeft de mate aan waarin de gemeentelijke bezittingen (balanstotaal) is gefinancierd uit eigen middelen (eigen vermogen).
| Categorie | |
| Solvabiliteit | Minst risicovol | 
De indicator “structurele exploitatieruimte” geeft aan hoe groot de structurele vrije ruimte (structurele baten minus structurele lasten) zich verhoudt tot de totale gerealiseerde baten. Dit laat zien in hoeverre de gemeente in staat is om structurele tegenvallers op te vangen.
| Categorie | |
| Structurele exploitatieruimte | Neutraal | 
Het financiële kengetal “grondexploitatie” geeft aan hoe groot de investeringen in grondposities (boekwaarde) zijn ten opzichte van de jaarlijkse baten. De paragraaf grondbeleid en het Meerjaren Perspectief Grondexploitaties (MPG) bieden hierin meer inzicht.
| Categorie | |
| Grondexploitatie | Divers, afhankelijk van begrotingsjaar | 
De indicator “belastingcapaciteit” of “woonlasten meerpersoonshuishouden” drukt uit hoe de woonlasten (OZB, afvalstoffenheffing en rioolheffing) zich verhouden tot het gewogen landelijk gemiddelde. Hoge woonlasten ten opzichte van het landelijk gemiddelde drukken uit in hoeverre de gemeente al de eigen inkomsten aanspreekt en dus ook beperkt is in het verkrijgen van extra inkomsten.
| Categorie | |
| Belastingcapaciteit | Meest risicovol | 
Risico's in relatie tot weerstand
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Risico's in relatie tot weerstandVoor Zeewolde zien de risico’s in relatie tot weerstand er als volgt uit:
| Weerstandscapaciteit | ||
| Incidenteel | Structureel | |
| Weerstandscapaciteit | 61.464.400 | 0 | 
| Risico's | 2.792.500 | 0 | 
Onderstaand worden de onderdelen uit deze tabel verder uitgewerkt.
Weerstandsvermogen
Onder weerstandsvermogen wordt het vermogen van de gemeente verstaan om risico's op te kunnen vangen. De gemeente heeft de verantwoordelijkheid een sluitende begroting vast te stellen en bij de jaarrekening verantwoording af te leggen over de realisatie van de begroting. Een sluitende begroting zonder weerstandsvermogen betekent dat iedere tegenvaller een probleem gaat opleveren. In dat geval staat de begroting, en daarmee het beleid van de gemeente, onder druk.
Het doel van het weerstandsvermogen is om zeker te zijn dat de gemeente haar taken, ondanks tegenvallers, kan blijven uitvoeren.
Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen aan de ene kant de weerstandscapaciteit (zijnde de middelen waarover we beschikken of kunnen beschikken om niet begrote lasten of niet voorziene daling van inkomsten te kunnen dekken) en aan de andere kant alle risico's waarvoor nog geen voorzieningen zijn gevormd die van betekenis kunnen zijn.
Weerstandscapaciteit
Voor weerstandscapaciteit bestaat geen eensluidende definitie maar is als volgt te omschrijven. De weerstandscapaciteit is opgebouwd uit de middelen en de mogelijkheden waarover een gemeente beschikt om niet begrote tegenvallers te dekken die zich voordoen. Er is onderscheid te maken in structurele en incidentele weerstandscapaciteit.
Structurele, beschikbare weerstandscapaciteit
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Structurele, beschikbare weerstandscapaciteit| Structureel (in €) | ||
| 1 | Onvoorzien Structureel | 0 | 
| Totaal | 0 | 
1. Onvoorzien structureel
Het budget onvoorzien structureel is met ingang van de begroting 2026 niet meer geraamd i.v.m. de ombuigingen.
Incidentele, beschikbare weerstandscapaciteit
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Incidentele, beschikbare weerstandscapaciteitVerwachte stand per 1 januari 2026 (o.b.v. de Programmabegroting 2026-2029)
| Incidenteel (in €) | ||
| 2 | Algemene reserve | 61.342.100 | 
| 3 | Nog te nemen winsten van lopende grondexploitaties en bestemmingsreserve BBV-winst grondexploitaties | 0 | 
| 4 | Bestemmingsreserves | 0 | 
| 5 | Stille reserves: (on)roerende zaken | 0 | 
| 6 | Stille reserves: aandelenbezit | 0 | 
| 7 | Onvoorzien Incidenteel | 124.300 | 
| Totaal | 61.464.400 | 
2. Algemene reserve;
In de nota Reserves en Voorzieningen is het bodembedrag vastgesteld op € 10.000.000,-.
3. Nog te nemen winsten van lopende grondexploitaties en bestemmingsreserve BBV-winst grondexploitaties
In de beleidsnota Meerjaren Prognose Grondexploitatie (MPG) die op 27 maart 2025 is vastgesteld is een andere werkwijze vastgesteld voor de risico’s van de grondexploitaties. De risico’s worden jaarlijks bij de herziening van de grondexploitaties geanalyseerd en gekwantificeerd. 
Conform het BBV moeten de grondexploitaties jaarlijks tussentijds winst nemen o.b.v. de POC-(Percentage Of Completion) methode. Deze methode is gebaseerd op het realisatieprincipe. Op basis van het percentage 'gerealiseerde kosten t.o.v. totale kosten' en het percentage 'gerealiseerde opbrengsten t.o.v. totale opbrengsten' dient een deel van de verwachte winst al te worden verantwoord. Deze winsten worden toegevoegd aan de BR BBV-winsten grondexploitaties. De gemeenteraad van Zeewolde heeft in 2018 besloten dat winsten uit grondexploitaties als vrij besteedbaar worden gezien wanneer deze ook voldoen aan het voorzichtigheidsprincipe. Hiervan is sprake als de verwachte winst daadwerkelijk gerealiseerd is. Wanneer dit het geval is, wordt de winst van de BR BBV-winsten grondexploitaties overgeheveld naar de Algemene reserve
De risico’s van de grondexploitaties worden specifiek opgevangen binnen de nog te nemen tussentijdse winst van de lopende grondexploitaties en binnen de bestemmingsreserve BBV-winst grondexploitaties.
4. Bestemmingsreserves
Bestemmingsreserves zijn gevormd voor een bepaald doel. De raad heeft de bevoegdheid de bestemming te wijzigen en deze in te zetten voor het opvangen van tegenvallers. Daarmee kunnen ze geen onderdeel uitmaken van de weerstandscapaciteit en zijn daarom niet opgenomen in de tabel. Binnen de bestemmingsreserves is een reserve opgenomen voor winsten in de grondexploitatie (stand 31 december 2024 € 31.572.000,-). Tussentijds genomen winsten worden binnen Zeewolde in eerste instantie toegevoegd aan de beklemde bestemmingsreserve BBV-winst grondexploitaties. Wanneer deze winsten volledig voldoen aan het voorzichtigheidsbeginsel, vindt overheveling plaats aan de reguliere bestemmingsreserve Bedrijfsrisico grondbedrijf. In de bovenstaande buffer is deze reserve niet meegeteld, terwijl het wel de verwachting is dat deze winsten op termijn naar de Algemene Reserve zullen vloeien en dan wel meetellen in de buffer.
5. Stille reserves (on)roerende zaken
6. Stille reserves aandelenbezit
Stille reserves ontstaan doordat de verwachte economische waarde in het maatschappelijke verkeer afwijkt van de historische verkrijgingsprijs en/of de huidige administratieve boekwaarde. De hogere waarde dan de administratieve boekwaarde kan pas gebruikt worden als het object niet meer benodigd is voor de taakuitvoering en wordt afgestoten. Het afstoten van gebouwen en daarmee maatschappelijke functies is een bewerkelijk proces met een grote maatschappelijke impact. Zeewolde hield in de berekening van de beschikbare weerstandscapaciteit rekening met de overwaarde op de gebouwen. Vanaf de Jaarstukken 2022 wordt dat niet meer gedaan. Gezien het bewerkelijke proces zijn de stille reserves uit pragmatische overwegingen op nihil gezet. In het uiterste geval dat afstoting van gebouwen financieel noodzakelijk zou zijn, dan zijn de stille reserves nog steeds beschikbaar.
Een bijzondere categorie van stille reserves wordt gevormd door de deelnemingen in het aandelenbezit van ondernemingen als Vitens, Alliander en de Huisvuilcentrale Alkmaar (HVC) e.d. Het bepalen van de omvang van de stille reserves op dit onderdeel is lastig omdat het bezit beperkt verhandelbaar is. Hierop wordt ingegaan bij de paragraaf Verbonden partijen.
7. Onvoorzien Incidenteel
Uitgangspunt van het financiële beleid is dat elk jaar in de begroting per inwoner een bedrag van € 5,- voor onvoorzien incidenteel wordt opgenomen, voor het begrotingsjaar 2026 betekent dit een bedrag van € 124.300,-.
Risicobeheersing
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - RisicobeheersingHet begrip risico is in het BBV omschreven als een kans op gevaar of schade met financieel gevolg van substantiële omvang. Risico’s kunnen economisch, politiek, juridisch of bestuurlijk van aard zijn. Het is een bekend gegeven dat de gemeente met een steeds breder scala aan risico’s te maken heeft en krijgt waarover verantwoording dient te worden afgelegd. De uitdaging is om een juiste balans te vinden tussen risico’s nemen en de beheersing hiervan.
Vastgestelde kaders
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Vastgestelde kaders| Omschrijving | Door | Op | 
| Nota Reserves en Voorzieningen 2022-2025 | Raad | 27 juni 2022 | 
| Nota Meerjaren Prognose Grondexploitaties (MPG) 2025 | Raad | 27 maart 2025 | 
| Nota "Weerstandsvermogen en risicobeheersing 2021-2024" | Raad | 4 maart 2021 | 
Binnen de organisatie is afgesproken dat nieuwe risico's direct worden gemeld door het op te nemen in interne en bestuurlijke managementrapportages. Geldend uitgangspunt is om voor Zeewolde uit te gaan van een weerstandsratio van 2,0. Deze ratio wordt door het Nederlands Adviesbureau Risicobeheersing (NAR) als uitstekend gekenmerkt.
Weerstandsvermogen gemeenschappelijke regelingen waarin Zeewolde deelneemt
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Weerstandsvermogen gemeenschappelijke regelingen waarin Zeewolde deelneemtZeewolde neemt deel in diverse gemeenschappelijke regelingen en/of samenwerkingsverbanden. In de opgestelde voorwaarden en contracten is aangegeven of de betreffende partij een eigen weerstandsvermogen mag aanhouden en/of de eventuele exploitatietekorten direct voor rekening van de gemeente als opdrachtgever komen.
De inhoudelijke informatie van gemeenschappelijke regelingen en/of samenwerkingsverbanden treft u aan in de paragraaf Verbonden partijen.
In de hierna opgenomen tabel is aangegeven welke GR-en / samenwerkingsverbanden wel of niet over een eigen weerstandsvermogen beschikken. Of dit weerstandsvermogen toereikend is voor de eventuele tekorten hangt af van de omvang.
| Gemeenschappelijke regeling / samenwerkingsverband | Weerstandsvermogen | 
| GGD Flevoland | Ja | 
| Flevolands Archief | Ja | 
| Coöperatie Gastvrije Randmeren | Ja | 
| Veiligheidsregio Flevoland | Ja | 
| Omgevingsdienst Flevoland en Gooi & Vechtstreek (OFGV) | Matig | 
| Meerinzicht (MIZ) | Nee | 
| Gebiedsontwikkeling Oosterwold | Nee * | 
| Centrumregeling Sociaal Domein Flevoland (aankoopcentrale) | Nee * | 
*Deze gemeenschappelijke regelingen en samenwerkingsverbanden hebben geen eigen begroting- en jaarrekening document.
Risico's (met de grootste impact)
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Risico's (met de grootste impact)| Onderwerp | Stand van zaken op 31 december 2024 | 
| Risico’s grondbedrijf | Omvang: € 6.800.000,- Dit risico is volledig ondervangen door de nog te nemen winsten van de lopende grondexploitaties en de bestemmingsreserve BBV-winst grondexploitaties.  | 
| 
 Het exploiteren en uitgeven van (bouwrijpe) gronden is een activiteit met een hoge risicofactor. Getracht wordt risico’s zo vroeg mogelijk te herkennen en op te vangen. Er vindt periodiek overleg plaats waarin de voortgang van de grondexploitatieberekeningen nauwlettend wordt gevolgd. Bij de herziening van de grondexploitatieberekeningen worden de risico’s opnieuw geanalyseerd en gekwantificeerd.  | 
De omvang van dit risico is in het verleden bepaald o.b.v. een oude risicoanalyse. Bij de eerstvolgende herziening van de grondexploitaties worden de risico’s opnieuw geanalyseerd en gekwantificeerd. Verwachting is dat de omvang van deze risico’s fors zal afnemen aangezien de meeste grondexploitaties grotendeels gerealiseerd zijn. | 
| Bijdragen aan verbonden partijen (gemeenschappelijke regelingen) | Kans: 80% Omvang: € 600.000,-  | 
| Dit risico is tweeledig. Enerzijds is aan gemeenschappelijke regelingen onlosmakelijk het risico verbonden dat bij kostenstijgingen bij de gemeenschappelijke regelingen de bijdrage van Zeewolde stijgt voor haar aandeel. Anderzijds leert de ervaring dat door het verstrijken van de tijd regelmatig een herbeoordeling van een eerder afgesproken kostenverdeelsystematiek plaatsvindt.  | 
Dit risico is van algemene aard zonder een specifieke gemeenschappelijke regeling in het oog te hebben. Echter doordat Zeewolde deelneemt in een groot aantal gemeenschappelijke regelingen is het raadzaam om hier concreet een bedrag voor mee te nemen in de risico-inventarisatie. Vanuit de rijksoverheid zijn er aanvullende eisen gesteld aan de utvoering en inrichting van een aantal GR-en. Wat de concrete gevolgen hiervan zijn, en daarmee voor de bijdrage, is op dit moment nog niet inzichtelijk. Genoemde ontwikkelingen spelen bij de GGD, Veiligheidsregio en Omgevingsdienst. | 
| Introductie van de nieuwe omgevingswet | Kans: 75% Omvang: € 250.000,-  | 
| Er is een plan van aanpak opgesteld voor de implementatie van de Omgevingswet. De insteek is een geleidelijke invoering. Er is in kaart gebracht welke personele en financiële inzet dit vergt. Bij de start van dit omvangrijke traject is een inschatting gemaakt die op basis van ervaring (periodiek) zal worden bijgesteld.  | 
De Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (WKB) zijn op 1 januari 2024 ingegaan. De gemeente heeft zich op de Omgevingswet voorbereid, echter de werkelijke effecten voor de uitvoering zullen met deze start gaan blijken. Beide onderwerpen moeten in samenhang bekeken worden. Dit risicobedrag geeft een mogelijke vermindering van opbrengsten vanuit de Omgevingswet weer. De werkelijke ontwikkeling wordt vanaf 2024 nauwlettend gevolgd. In 2025 vindt er een onderzoek plaats naar capaciteit en kengetallen voor vergunningsverlening en handhaving. In 2026 zullen de resultaten (naar verwachting eind 2025 bekend) verder worden uitgewerkt. Hiermee zal dan ook duidelijk worden wat dit voor het geschetste risoco betekent.  Tevens is het nog niet duidelijk wanneer het volgende deel van de WKB in werking zal treden. Deze is uitgesteld en op dit moment (augustus 2025) is er nog geen datum bekend.  | 
| Rechtmatigheid bij aanbesteden en inkoop | Kans: 20% Omvang: nihil Dit betreft een niet-financieel risico  | 
| Aanbesteden van werken, diensten en inkoop wordt in regie uitgevoerd. Het uit te voeren proces is bekend bij de budgethouders en wordt/kan in overleg met de inkoopcoördinator worden opgezet/uitgevoerd. Als gevolg van lage inschrijvingen vergroot de kans om bij aanbesteding en inkoop tegen gerechtelijke procedures aan te lopen, ondanks het toepassen van de zorgvuldige voorwaarden en regels. | Vanuit wet en regelgeving gaat het college over de rechtmatigheid. Uit 2023 blijkt dat er binnen de gestelde grenzen is gebleven. De onrechtmatigheid heeft de gestelde grens van 3% niet overschreden. De komende jaren wordt gemonitord of het signaleringssysteem op langere termijn voldoet. | 
| Ontwikkeling prijzen | Kans: 75% Omvang: € 1.500.000,-  | 
| De prijsstijgingen zijn, mede als gevolg van inflatie en cao-stijgingen, substantieel. | De precieze effecten zijn nog niet te duiden, maar de effecten kunnen een groot deel van de begroting raken. Met name de geo-politieke omstandigheden zijn niet wezenlijk veranderd in 2025. Deze kunnen daarmee nog steeds effect hebben op komende inkoop / aanbestedingen / inhuur etc. die aanzienlijk duurder kunnen uitvallen, maar ook leiden tot prijsstijgingen binnen de reguliere budgetten. Bij de budgetten rondom het beheer van de buitenruimte is dat effect reeds opgetreden en in de begroting verwerkt.  De ontwikkelingen van loon- en prijsstijgingen lijken wat af te vlakken. De ontwikkelingen worden actief gevolgd. De bovenstaande omvang is niet gebaseerd op concrete feiten op dit moment, maar puur om dit risico mee te laten wegen in de afweging van benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit.  | 
| Herziening beheerplannen | Kans: 100% Omvang: € 1.000.000,-  | 
| Herziening Beheerplan Wegen | Deze staat bij de Raad op de agenda voor Q4-2025. | 
| Meerjaren Onderhoudsplan (MJOP) | In maart 2024 vastgesteld op basis van het huidige vastgoed. Uit het nog op te stellen Beleidsplan vastgoed (Q3 2025) volgt het verdere kader en kunnen risico’s concreet benoemd worden. | 
| Ontwikkelingen Oosterwold fase Zeewolde | Kans 100% Omvang: nihil  | 
| In Oosterwold verloopt het kostenverhaal op grond van een vastgestelde exploitatiebegroting waarin door de overheid gemaakte kosten verwerkt zijn. Evenals andere gebiedsontwikkelingen kent deze planontwikkeling ook risico’s. Deze worden periodiek in een risicoanalyse inzichtelijk gemaakt. Voor Zeewolde zijn er in deze fase van de ontwikkeling geen risico’s. | |
| Beleidsplan Vastgoed | Kans 100% Omvang: nihil  | 
| Deze voor Zeewolde nieuwe nota is voorzien in Q3-2025 Gevolgen voor onderhoudsplannen zullen met de uitkomsten hiervan geactualiseerd worden.  | 
|
Afgevoerde risico's
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Afgevoerde risico'sTen opzichte van de jaarstukken 2024 zijn de volgende risico's afgevoerd:
- BTW Exploitatie sportaccommodaties: Dit risico is verwerkt in de meerjarenbegroting 2026-2029.
 - Horsterwold (Bosruiterweg) bezwaar tegen niet permanent wonen: Deze dossiers zijn juridisch afgerond en vormen daarmee geen risico meer.
 - Integraal Onderwijs Huisvestingsplan (IHP): Het IHP is op 5 juni 2025 door de raad vastgesteld, en vormt daarmee geen risico meer.
 
Risico's waar ook oog voor gehouden moet worden
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Risico's waar ook oog voor gehouden moet wordenOnderstaande ontwikkelingen worden gezien als een risico. Maar doordat er nog geen zicht is op een concretere invulling zijn hieraan nog geen bedragen te hangen. Op moment dat er meer duidelijkheid komt kan er aanleiding zijn om een onderwerp in een volgend P&C document in de bovenstaande tabel op te nemen.
| Onderwerp | Stand van zaken op 1 januari 2026 | 
| Diverse ontwikkelingen in het gemeentefonds waar het nieuwe kabinet nog een besluit over moet nemen | Denk daarbij aan Jeugdzorg / WMO. In de meicirculaire zijn er aanvullende middelen beschikbaar gesteld, maar een aantal dossiers zijn nog onderwerp van gesprek met het rijk. | 
| Diverse ontwikkelingen vanuit het nieuwe kabinet t.a.v. subsidies voor specifieke onderwerpen | Denk daarbij aan de SPUK / CDOKE gelden duurzaamheid CDOKE Vanuit de CDOKE gelden worden nu werkzaamheden bekostigd voor het uitvoeren van werkzaamheden binnen de gemeentelijke organisatie. Als deze subsidie regeling stopt, zullen de functies van deze medewerkers anders gefinancierd moeten worden.  | 
| Geopolitieke ontwikkelingen (Oekraïne, vluchtelingen) | |
| Landelijke ontwikkelingen | De rijksoverheid begeeft zich op onderwerpen als inrichting van het ruimtelijke gebied steeds meer in de rol als regisseur, tot nu toe was dit een zaak van de lokale overheden, waar van toepassing in samenspraak met de provincie. | 
| Wooncrisis | Onbekend nog de beperkingen ten aanzien net congestie / stikstof / PFAS. | 
| Ontwikkeling bedrijventerreinen | Onbekend nog de beperkingen ten aanzien net congestie / stikstof / PFAS. | 
| Transitie inzake klimaat /energie | |
| Rente ontwikkelingen | Als de noodzaak er komt om leningen aan te trekken heeft dit gevolgen voor de financiële positie. | 
| Informatieveiligheid | Dit maakt deel uit van de EHZM bedrijfscontinuïteit-uitvoeringsnota. Zal de komende jaren een belangrijk aandachtsgebied blijven maar heeft hiermee een borging als blijvend onderwerp van gesprek. | 
Benodigde weerstandscapaciteit
Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen en risicobeheersing - Benodigde weerstandscapaciteitHet bedrag dat aan weerstandscapaciteit benodigd is, volgt uit de bovenstaande tabellen. Ruwweg gaat het hier om de berekening “kans * omvang”. Voor de risico’s waarvoor deze berekening te maken is, komt het benodigde bedrag uit op € 2.792.500,- .
Risicomanagement binnen Zeewolde is in ontwikkeling. Bij deze begroting is gestreefd om zoveel mogelijk realistische inschattingen van risico’s te maken. Ook wordt de Algemene Reserve als primaire buffer gezien. Minder voor de hand liggende buffers (zoals de overwaarde op gebouwen) zijn buiten beschouwing gelaten. Dit leidt ertoe dat er scherpere inschattingen zijn gemaakt.